Overlijden van de paus en het kiezen van de nieuwe paus

  • AFDRUKKEN
  • VERSTUREN

Het overlijden van een paus

Wanneer een paus overlijdt wordt het hoofd van de apostolische kamer, de camerlengo erbij gehaald. Hij gaat kijken of de paus daadwerkelijk dood is door het uitvoeren van een ritueel.

Eerst roept hij drie maal de doopnaam van de paus om te kijken of hij echt niet meer reageert.
Vervolgens houdt hij een spiegeltje onder zijn neus om te zien of hij echt niet meer ademt.
Als laatste tikt hij drie maal met een zilveren hamertje op het voorhoofd van de paus om te zien of hij geen pijn meer voelt.

Na deze drie handelingen verwijdert hij de vissersring van de vinger van de paus en vermorzelt deze.
Dit wordt gedaan om te voorkomen dat iemand de pauselijke autoriteit overneemt. Ook wordt hiermee het einde van zijn pausschap vastgesteld.

Als laatste spreekt hij de woorden Papa vere mortuus est uit, ‘De paus is werkelijk dood’.

De kardinaal-decaan maakt het overlijden van de paus bekend aan het volk. De paus wordt 24 uur na het overlijden gebalsemd en opgebaard in de Sixtijnse kapel onder ‘Het Laatste Oordeel’ van Michelangelo waar gelovigen hem een laatste groet kunnen brengen.

Na het overlijden van de paus is er een rouwperiode van 9 dagen.

Op de 4e, 5e of 6e dag na het overlijden wordt er een rouwplechtigheid gehouden en wordt de overleden paus bijgezet in de graftombes onder de Sint Pietersbasiliek.

Het kiezen van een nieuwe paus

15 tot 20 dagen na het overlijden van de paus komen er kardinalen vanuit de hele wereld naar Vaticaanstad om een nieuwe paus te kiezen. Dit gebeurt in een conclaaf, een conclaaf bestaat uit maximaal 120 kardinalen die allemaal kans maken om de nieuwe paus te worden.
Er zijn wel een aantal voorwaarden om de nieuwe paus te mogen worden.

• Hij moet een Rooms-Katholieke man zijn;
• Hij mag niet ouder dan 80 jaar zijn;
• Hij moet in ieder geval Engels en Italiaans spreken;
• Hij moet de huidige Vaticaanse denkbeelden ondersteunen.

Het conclaaf wordt opgesloten in de Sixtijnse kapel en mag geen contact hebben met de buitenwereld. Zo kunnen ze niet beïnvloed worden van buitenaf.
Voordat ze met het stemmen beginnen vindt er eerst een Heilige mis plaats waarin ze de Heilige Geest vragen om ze te helpen met het maken van de juiste keuze.

Er worden drie kardinalen aangewezen die de stem-commissie vormen, zij tellen na iedere stemronde de stembriefjes.
De kardinalen schrijven op een stembriefje de naam van de persoon die zij graag als nieuwe paus zouden zien. Op dit briefje staat,Eligo in summum pontificem dit is latijn voor ‘Ik verkies tot paus….’ De kardinaal vouwt hierna zijn stembriefje dubbel, legt hem in de kelk en buigt voor het altaar. Daarna gaat hij weer terug naar zijn plaats.
Wanneer alle kardinalen hun stem hebben uitgebracht worden ze geteld door de stem-commissie.
Eerst tellen ze alle briefjes om te controleren dat alle aanwezige kardinalen hun stem hebben uitgebracht.
Hierna gaan ze de stemmen tellen.
De eerste teller leest het briefje en schrijft de naam op, de tweede doet hetzelfde. De derde teller zegt de naam hardop en schrijft hem ook op. Zo kunnen de andere kardinalen meetellen.
Als een briefje geteld is wordt het met een naald aan een draad geregen, na het laatste briefje wordt er een knoop in het touw gelegd. Zo kan er nooit een briefje kwijtraken.
Een kardinaal heeft twee-derde van alle stemmen nodig om tot paus verkozen te worden. Als dit niet het geval is na een stemronde wordt er opnieuw gestemd.
Er zijn maximaal vier stemronden per dag en na drie dagen wordt er een rustperiode ingesteld voor bezinning, bidden tot de Heilige Geest en zelfs onderlinge politiek.

De stem-commissie bepaalt of er een twee-derde meerderheid behaald is.
Is dit niet het geval dan worden de stembriefjes verbrand met een chemisch goedje dat ervoor zorgt dat er zwarte rook uit de schoorsteen komt. Aan deze rook kunnen de mensen buiten de kapel zien dat er een stemronde geweest is maar er geen nieuwe paus uitgekomen is. Vroeger gebruikten ze hier natte stro voor.
Zo wordt er keer op keer gestemd, tot er een twee-derde meerderheid is.
Wanneer er na 33 stemronden nog geen nieuwe paus gekozen is dan wordt er gestemd tussen de twee kardinalen die in de laatste ronde de meeste stemmen hadden. Deze twee kardinalen mogen dan zelf niet meer stemmen. De kardinaal die nu de meeste stemmen heeft wordt verkozen tot nieuwe paus.
De kardinaal met de meeste stemmen wordt gevraagd of hij het pausschap aanvaart, als hij ja zegt dan is hij vanaf dat moment de nieuwe paus.
Vervolgens wordt er aan hem gevraagd hoe hij genoemd wil worden. Een paus mag altijd zijn eigen naam kiezen, vaak is dit een naam uit de bijbel. Wanneer deze vragen beantwoord zijn worden ook de briefjes van de laatste stemronde verbrand,  deze keer voegen ze een ander soort stofje toe en komt er witte rook uit de schoorsteen. Nu weet het volk ook dat er een nieuwe paus gekozen is en gaan de klokken van de Sint Pieterbasiliek luiden.

De nieuwe paus neemt de felicitaties van de kardinalen in ontvangst en wordt naar de zaal der tranen geleid. Hier krijgt hij zijn pauselijke vissersring om zijn vinger geschoven en zijn witte toga aan. Nu gaat de langstzittende kardinaal naar het balkon en roept de Latijnse woorden, "Annuncio vobis gaudium magnum; ‘Habemus Papam!’", ‘Ik verkondig u met grote vreugde, we hebben een paus!’