Geschiedenis van de baksteen

  • AFDRUKKEN
  • VERSTUREN

Geschiedenis van de baksteen

Nederland leeft al eeuwenlang in een stenen tijdperk. Meer dan 5000 jaar geleden werden producten al gemaakt van gebakken klei. Eerst vooral potten en pannen, maar al snel werd ontdekt dat je met gebakken klei kon bouwen en dat de huizen dan steviger waren. Zo is de baksteen ontstaan.

Vanaf het jaar 1100 werd de baksteen voor het eerst in Nederland gebruikt. Daarvoor werden huizen gebouwd met hout. Maar hout is brandbaar, baksteen niet. Hout kan rotten, baksteen niet. Huizen van baksteen zijn dus steviger en blijven langer staan dan huizen van hout.

Denk ook maar aan het verhaal van de ‘Drie Biggetjes en de Grote Boze Wolf”. Het eerste biggetje bouwde zijn huisje van ‘stro’, het tweede biggetje van ‘hout’ en het derde biggetje bouwde zijn huis met bakstenen. De wolf blies de eerste twee huisjes gemakkelijk omver, maar kon het derde stenen huisje niet verwoesten, omdat het huisje wel sterk en stevig was.

Vanaf het jaar 1800 werd de vraag naar bakstenen groter. De baksteen werd eerst met de hand gemaakt. Vaak woonden alleen rijke mensen in een bakstenen-huis. De baksteen was voor de meeste mensen, zoals plattelandsboeren, kostbaar. Zij maakten bijvoorbeeld hun huizen met leem. Wanneer dan genoeg geld gespaard was om bakstenen te kunnen kopen, werden deze lemen muren vervangen door bakstenen muren. Hieruit stamt ook de uitdrukking dat iemand steenrijk is: iemand heeft voldoende geld om een stenen muur te kunnen betalen.

Later werd de baksteen met een machine gemaakt. Daardoor konden er meer bakstenen in een kortere tijd worden gemaakt. Van handwerk naar machinewerk, heet de industriële revolutie. Door de machines werd het werk ook veel lichter voor de mens. Dat is maar goed ook, want het lichamelijke zware werk was, en is nog steeds, slecht voor je lichaam.

Bakstenen zijn nog steeds een populair bouwmateriaal. Kijk maar eens om je heen. We bouwen huizen, kantoren en andere gebouwen met baksteen. Ook worden bakstenen gebruikt voor het aanleggen van straten, pleinen en parken.