Gezegden B

  • AFDRUKKEN
  • VERSTUREN

Gezegden:

- Een gezegde is een groep woorden die gezamelijk één betekenis hebben.

- meestal kan die betekenis niet uit de afzonderlijke woorden worden afgeleid.

- de zin moet in zijn geheel worden begrepen.

Gezegde: Iets in goede banen leiden.
Betekenis: Ervoor zorgen dat iets goed verloopt.

Gezegde: Er is altijd baas boven baas.
Betekenis: Er is altijd iemand die het nog weer beter doet of beter weet.

Gezegde: Aan de bak komen.
Betekenis: Aan de beurt komen; een baan krijgen.

Gezegde: Het is volle bak
Betekenis: Er zijn heel veel mensen.

Gezegde: Het komt voor de bakker.
Betekenis: Het komt in orde; het wordt geregeld.

Gezegde: Hij weet er geen bal van.
Betekenis: Hij weet er niets van.

Gezegde: De benen nemen.
Betekenis: Er vandoor gaan.

Gezegde: Met beide benen op de grond staan.
Betekenis: Een realist zijn.

Gezegde: Tegen het zere been schoppen.
Betekenis: Een pijnlijke opmerking maken over iets wat gevoelig ligt.

Gezegde: Zijn beste beentje voorzetten.
Betekenis: Iets zo goed mogelijk doen.

Gezegde: Met het verkeerde been uit bed gestapt zijn.
Betekenis: De dag met een slecht humeur beginnen.

Gezegde: Dat houdt me op de been.
Betekenis: Dat zorgt ervoor dat ik door kan blijven gaan; daardoor houd ik het vol.

Gezegde: Iemand op het verkeerde been zetten.
Betekenis: Iemand ergens een verkeerde indruk van geven, waardoor hij of zij iets gaat denken wat helemaal niet klopt.

Gezegde: Op eigen benen staan.
Betekenis: Voor jezelf zorgen; geen hulp nodig hebben.

Gezegde: De beer is los.
Betekenis: Er gebeurt opeens van alles; er ontstaat ruzie of paniek.

Gezegde: De beest uithangen.
Betekenis: Je misdragen; je schaamteloos en onfatsoenlijk gedragen; met name bij feesten.

Gezegde: Alle beetjes helpen.
Betekenis: Alle kleine details voegen iets toe aan het geheel.

Gezegde: Iemand wel achter het behang kunnen plakken.
Betekenis: Iemand heel vervelend vinden, waardoor je het liefst even helemaal niets meer met hem of haar te maken zou willen hebben.

Gezegde: Breek me de bek niet open.
Betekenis: Begin daar maar niet over, want daar kan ik heel veel negatieve dingen over vertellen.

Gezegde: Op je bek gaan.
Betekenis: Een grote fout maken; afgaan.

Gezegde: Aan de bel trekken.
Betekenis: Duidelijk maken dat er iets aan de hand is; duidelijk maken dat er iets niet klopt.

Gezegde: Er gaat een belletje rinkelen.
Betekenis: Ik begin het te begrijpen.

Gezegde: Bepakt en bezakt.
Betekenis: Klaar staan met bagage.

Gezegde: Ergens als een berg tegen opzien.
Betekenis: Iets voor zichzelf beschouwen als een zeer moeilijke, of onplezierige, taak of omstandigheid.

Gezegde: Geen bericht is goed bericht;
Betekenis: Als je niet weet hoe het met iets of iemand gaat, kun je ervan uitgaan dat het goed gaat, zolang je geen slecht bericht ontvangt.

Gezegde: Niet door de beugel kunnen.
Betekenis: De norm overschrijden van wat nog behoorlijk is.

Gezegde: Ik snap er geen biet van.
Betekenis: Ik snap er niets van.

Gezegde: Een blauwtje lopen.
Betekenis: Afgewezen worden (in de liefde)

Gezegde: Iemand het bloed onder zijn nagels vandaan halen.
Betekenis: Iemand vreselijk treiteren of irriteren.

Gezegde: Een blok aan het been.
Betekenis: Een last bij het voortgaan.

Gezegde: Voor het blok zetten.
Betekenis: Iemand onverwacht in een lastige positie brengen; bijvoorbeeld iemand dwingen te reageren die dat eigenlijk niet wil, of iemand dwingen een keuze te maken.

Gezegde: Kort door de bocht.
Betekenis: Te snel iets roepen zonder erbij na te denken.

Gezegde: Iets voor de boeg hebben.
Betekenis: Nog werk te doen hebben. / Nog iets mee moeten maken.

Gezegde: Een schot voor de boeg.
Betekenis: Iets proberen en kijken hoever men er vanaf is.

Gezegde: Lachen als een boer die kiespijn heeft.
Betekenis: Zuurzoet lachen.

Gezegde: De kat uit de boom kijken.
Betekenis: Een afwachtende houding aannemen.

Gezegde: Een boom van een kerel.
Betekenis: Een grote man.

Gezegde: Voor spek en bonen meedoen.
Betekenis: Wel mee doen met een spel of iets dergelijks, maar nooit kunnen winnen of verliezen.

Gezegde: Zijn eigen boontjes doppen.
Betekenis: Geen beroep doen op hulp van anderen; zijn eigen problemen zelf oplossen.

Gezegde: Tot op het bot uitzoeken.
Betekenis: Zeer grondig uitzoeken.

Gezegde: Door de bomen het bos niet meer zien.
Betekenis: Door een veelheid aan detailinformatie het zicht op het grote geheel kwijtraken.

Gezegde: Maak je borst maar nat.
Betekenis: Bereid je voor op een zware klus (of op veel tegenstand).

Gezegde: Boontje komt om zijn loontje.
Betekenis: Met de gevolgen of straf komen te zitten van iets waarvan je mee weg dacht te komen.

Gezegde: Boter bij de vis.
Betekenis: Contant afrekenen. Het betekent dat iemand bij de levering van een product, direct moet betalen. Men moet dus direct betalen.

Gezegde: Met zijn neus in de boter vallen.
Betekenis: (Onverwacht) goed terechtkomen.

Gezegde: Een goede boterham verdienen.
Betekenis: Een goed salaris hebben.

Gezegde: Door de bril van een ander zien.
Betekenis: De mening van een ander blind vertrouwen.

Gezegde: Ergens een eind/punt aan breien.
Betekenis: Snel tot een afsluiting komen (bijvoorbeeld van een toespraak)

Gezegde: Het klopt als een bus.
Betekenis: Het is goed.

Gezegde: Twee handen op één buik zijn.
Betekenis: Het in alles eens zijn, één front vormen.

Gezegde: Als warme broodjes over de toonbank gaan.
Betekenis: Zeer goed verkopen.