Olympische wist-je-datjes
Olympische wist-je-datjes
- De eerste Olympische Spelen plaats vonden in de achtste eeuw voor Christus in het Griekse Olympia. Twaalf eeuwen lang vonden ze elke vier jaar plaats. Daarna, in de vierde eeuw na Christus, verbod van keizer Theodosius I de Grote alle heidense festivals en waren de Spelen verleden tijd.
- Zo’n 1500 jaar later werd de sporttraditie nieuw leven ingeblazen. De eerste moderne Olympische Spelen vonden plaats in 1896 in Griekenland.
- Tijdens de oude Griekse Spelen maakten de atleten zich niet druk om sponsors, lichaamsbescherming of mode: ze sportten naakt.
- Het toernooi duurde toentertijd vijf tot zes maanden.
- De oude Olympische Spelen waren vroeger een religieus festival voor de God Zeus. En mochten er alleen maar mannen meedoen.
- De Olympische fakkel wordt op de ouderwetse manier aangestoken, in een eeuwenoude ceremonie bij de tempel van Hera in Griekenland. Als Griekse priesteres verklede actrices maken gebruik van een parabolische spiegel en zonnestralen om de klus te klaren.
- Vanuit Hera maakt de fakkel een tocht naar de speelstad. Hij wordt meestal gedragen door hardlopers maar is ook al per boot, vliegtuig, op de rug van een paard, op een kameel, via radiosignaal, onder water en in een kano van A naar B gebracht.
- De niet-aangestoken Olympische fakkel is ook al meerdere keren in de ruimte geweest.
- De Olympische vlam wordt geacht het hele evenement te blijven branden. Mocht het vuur toch uitgaan, dan kan de fakkel alleen opnieuw aangestoken worden met een reserve-vlam, die ook in Griekenland is aangestoken. En absoluut niet met een gewone aansteker!
- De fakkel uit Olympia, Griekenland, door estafettelopers naar het land word gebracht waar de spelen dat jaar worden gehouden. Daar word de vlam tijdens de openingsceremonie ontstoken. De vlam brandt zo lang de spelen duurt.
De gekleurde ringen staan voor Passie, Vertrouwen, Overwinning, Ethiek en Sportiviteit.
- De vijf ringen die het Olympische logo vormen, zijn ontworpen door Baron Pierre de Coubertin, een van de bedenkers van de moderne Olympische Spelen.
- De zes kleuren (blauw, geel, zwart, groen, rood en de witte achtergrond) zijn uitgekozen omdat elk land er minstens één van in z’n vlag heeft.
- Abebe Bikila in 1960 in Rome de marathon op blote voeten heeft gewonnen.
- De winnaar van de 100 meter sprint ook wel ‘de snelste man of vrouw op aarde’ wordt genoemd.
-
Een polsstokhoogspringer hoger springt dan een dubbeldeks bus of trein.
- De oudste deelnemer ooit 72 jaar oud was! Dat was Oscar Swahn uit Zweden, hij nam deel in 1920.
- De jongste deelneemster ooit was kunstschaatster Sonja Henie. Ze was 11 jaar toen ze in 1924 meedeed.
- De officiële talen van het evenement zijn Engels en Frans, plus de belangrijkste taal van het gastland.
- Tussen 1912 en 1945 deden ook kunstenaars mee aan het Olympisch toernooi. Schilders, beeldhouwers, architecten, schrijvers en muzikanten namen het tegen elkaar op voor medailles in hun vakgebied.
- Tijdens de Spelen van Berlijn in 1936 behaalden twee Japanse polsstokhoogspringers een gedeelde tweede plek. Ze besloten het niet opnieuw tegen elkaar op te nemen maar sneden de zilveren en bronzen medailles in tweeën en maakten de verschillende helften weer aan elkaar vast, zodat beide sporters een half-zilveren-half-bronzen plak kregen.
- In 1900 werden vrouwen voor het eerst toegelaten op de Olympische Spelen. De Spelen van 2012 het eerste Olympische toernooi waarin elk deelnemende land vrouwelijke sporters liet deelnemen.